Zes jaar voor vuurwapenbezit, poging tot moord en mishandeling met wapen

WILLEMSTAD - Het Gerecht in eerste aanleg heeft H.V.M. heden veroordeeld tot een gevangenisstraf van zes jaar voor verboden vuurwapenbezit, poging tot moord en mishandeling met een wapen.
 
Volgens de verdachte wilde hij het slachtoffer slechts afschrikken en was dus geen sprake van opzet. Rechter Irma Lips ging daar niet in mee. Uit de bewijsmiddelen volgde immers dat de verdachte ten minste vier maal vanaf korte afstand vanuit een rijdende auto in de richting van het slachtoffer schoot, midden in de nacht en donker. Het slachtoffer reed voor hem op een scooter en was dus onbeschermd. De kans dat de door de verdachte afgevuurde kogels vitale lichaamsdelen van het slachtoffer zouden treffen, was in deze omstandigheden volgens de rechter aanmerkelijk te noemen.
 
Verder diende het Gerecht te bepalen of sprake was van “voorbedachte rade”. Voor een bewezenverklaring van het bestanddeel “voorbedachten rade” moet komen vast te staan dat de verdachte zich gedurende enige tijd heeft kunnen beraden op het te nemen of het genomen besluit en dat hij niet heeft gehandeld in een ogenblikkelijke gemoedsopwelling, zodat hij de gelegenheid heeft gehad na te denken over de betekenis en de gevolgen van zijn voorgenomen daad en zich daarvan rekenschap te geven.
 
Uit de gebezigde bewijsmiddelen bleek dat de verdachte ruzie met het slachtoffer kreeg, waarna de verdachte het slachtoffer een harde klap op het hoofd gaf met de kolf van zijn vuurwapen. Het slachtoffer reed hierna weg op zijn scooter en werd per auto achtervolgd door de verdachte. De verdachte heeft tijdens de achtervolging - ten minste - vier keer in de richting van het slachtoffer geschoten. Gezien deze omstandigheden kan het naar het oordeel van het Gerecht niet anders zijn dan dat de verdachte vanaf het moment dat hij, nadat het slachtoffer was weggereden, met het geladen vuurwapen in zijn auto stapte en de achtervolging inzette van plan was op hem te schieten. De verdachte heeft zich gelet op de tijd tussen het wegrijden van het slachtoffer en de eerste keer schieten - dus gedurende enige tijd - kunnen beraden op het genomen besluit, zodat hij de gelegenheid heeft gehad na te denken over de betekenis en de gevolgen van zijn voorgenomen daad en zich daarvan rekenschap te geven.
 
Het Openbaar Ministerie (OM) had acht jaar celstraf geëist. Het Gerecht week hiervan af en zocht aansluiting bij de straf die ten aanzien van dit soort strafbare feiten in vergelijkbare gevallen door de rechter pleegt te worden opgelegd. Verder wees de rechter een vordering tenuitvoerlegging voorwaardelijke straf van het OM toe omdat de verdachte nog in de proeftijd zat van een eerdere veroordeling.
 
 
De verdachte H.V.M. werd in deze zaak bijgestaan door Mr. J. Prevo. Voor het Openbaar Ministerie trad op officier van justitie mr. R.A. Koert.
 
 

Lawyer Roeland Zwanikken considers legal action against ABN AMRO Bank

THE HAGUE--Attorney-at-law Roeland Zwanikken at St. Maarten’s BZSE law office is considering legal action against the intention of the Dutch ABN AMRO Bank to close the bank accounts of its clients in the Dutch Caribbean.

Fiscaal onderzoek bij notariskantoren vinden doorgang

In het Antilliaans Dagblad: Fiscaal onderzoek bij notariskantoren
WILLEMSTAD – De fiscale onderzoeken bij de notarissen vonden en vinden, ondanks de beperkingen van Covid-19, weer doorgang en de medewerking aan de kant van notarissen en adviseurs is daarbij ‘over het algemeen goed’.

Juridische miljoenenstrijd tussen BNP Paribas en Italiaanse prinses verhardt

  • Bezit van Italiaanse Crociani-familie op Curaçao mag van rechter worden verkocht
  • De Crociani's ruziën al jaren met BNP Paribas over een claim van $100 mln
  • Curaçaos trustkantoor United Trust heeft 'geen enkele relatie meer' met Camilla Crociani
Een Italiaanse prinses met zakelijke belangen in Nederland heeft het onderspit gedolven bij diverse rechtbanken in een langslepend conflict met zakenbank BNP Paribas.