WILLEMSTAD — Premier Ivar Asjes (PS) heeft in het kader van de aanpak van de jeugdwerkloosheid de concept-wet ‘Lei di Bion’ – die in 1989 werd opgesteld maar nooit werd ingevoerd – op de agenda gezet van de Raad van Ministers.

 

Het betreft hier de ontwerp-landsverordening tot inwerkingtreding van de Landsverordening ter bevordering van de werkgelegenheid voor jeugdige werkzoekenden. De wet betreft een regeling ter bevordering van de werkgelegenheid voor werkzoekenden van 18 tot 30 jaar, waarbij werkgevers door de overheid vrijgesteld worden van de afdracht van sociale lasten, maar ook van de afdracht van ingehouden loonbelasting voor deze jongeren.

 

De sociale lasten die onder deze vrijstelling vallen zijn het werkgeversaandeel in de Algemene Ouderdomsverzekering, de Algemene Weduwen- en wezenverzekering en de premies voor de ziekte- en ongevallenverzekering.

 

De dienstbetrekking die de gesubsidieerde jongere aan moet worden geboden betreft een aanstelling van minstens zes maanden met een gemiddelde werkweek van ten minste 32 uur tegen minimaal het minimumloon.

 

Op verzoek van premier Asjes werd deze wet, waarover veel gesproken is en die regelmatig weer in gesprekken over de aanpak van de economie en de werkloosheid opduikt, door zijn sectordirecteur van stal gehaald. In februari vorig jaar was de wenselijkheid van de Lei di Bion onderdeel van een – overigens afgewezen – motie, ingediend door PAR, MFK en MAN. Ook de VBC (Vereniging Bedrijfsleven Curaçao) kaartte de wet de afgelopen tijd enkele keren aan.

 

In het bijbehorende advies laat sectordirecteur Ribeiro van Algemene Zaken de premier weten dat het wenselijk is de inwerkingtreding van de wet op 1 september 2014 te laten vallen. Dit zodat alle stakeholders er op tijd en goed geïnformeerd mee aan de slag kunnen. Het verzoek tot inwerkingstelling van de ‘Ley di Bion’’ zal door de Raad van Ministers moeten worden goedgekeurd, waarna het ter ondertekening naar de gouverneur kan worden gestuurd.

 

Asjes laat desgevraagd weten eigenlijk niet te begrijpen waarom de wet uit 1989 – die nu ingezet zal worden in de strijd tegen jeugdwerkloosheid – niet eerder in werking is getreden. “We hebben deze wet en het is een instrument dat we in kunnen zetten om één aspect van de economische problemen aan te pakken. Het gaat erom dat we de jongeren aan het werk krijgen. Dat we banen en mogelijkheden creëren. Het sociale en economische moet samengaan. En jongeren moeten een eerlijke kans krijgen, zelfs een eerlijke tweede kans wanneer het eerder niet gelukt is. De tijd is er rijp voor om met alle stakeholders – overheid, sociale partners en bedrijfsleven – echt samen te werken om de economie aan te pakken.” Het voorstel van Asjes is deze week naar de Raad van Ministers gestuurd ter goedkeuring.