DEN HAAG — De Tweede Kamer moet nog even wachten op nieuwe informatie over de Isla-raffinaderij en een geschillenregeling voor het Koninkrijk.

 

Minister Ronald Plasterk van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties wacht nog op reacties van de regeringen van Curaçao, Aruba en St. Maarten.

 

De Tweede Kamercommissie voor Koninkrijksrelaties verzocht de minister in oktober om nieuwe informatie over beide onderwerpen. De partijen D66 en SP dienden een motie in waarin de Nederlandse regering gevraagd werd om krachtiger op te treden met betrekking tot de Isla, mogelijk via een aanwijzing. Maar die motie kreeg geen meerderheid, mede door de toezegging van Plasterk om te onderzoeken wat Curaçao zelf doet om de uitstoot te beperken en de Tweede Kamer hierover per brief in te lichten.

 

“Voor deze brief is het antwoord dat ik op korte termijn verwacht te ontvangen van de minister-president van Curaçao relevant. Het is daarom mijn intentie na ontvangst van het schrijven van Curaçao uw Kamer nader te informeren, maar wel zodanig dat uw Kamer ruim voor het Algemeen Overleg van 28 januari 2016 over de benodigde informatie kan beschikken”, schrijft Plasterk nu, verwijzend naar een geplande vergadering over de Isla.

 

Met betrekking tot de geschillenregeling deed Plasterk een voorstel voor een tijdelijke oplossing, waarbij verschillen van mening tussen de Koninkrijkslanden aan de Raad van State worden voorgelegd. Ook op dit punt wacht de minister nog op een reactie, schrijft hij. Premier Ben Whiteman besprak het binnen de Curaçaose ministerraad met het verzoek aan de verschillende partijen om het voorstel ook met hun achterban te bespreken. “Hij vindt het van groot belang dat het voorstel met alle fracties wordt afgestemd”, aldus Plasterk.

 

Premier Mike Eman van Aruba noemde het initiatief voor een tijdelijke regeling sympathiek, maar wil het eerst aan de Arubaanse Staten voorleggen. De regering van St. Maarten heeft het voorstel ontvangen maar nog niet gereageerd.

 

Amigoe