Verklaring minister Girigorie: geen schending mensenrechten Curaçao

WILLEMSTAD - Amnesty International heeft in een rapport de kritiek geuit dat de Curaçaose autoriteiten de mensenrechten van Venezolaanse vluchtelingen schenden. De Curaçaose minister van Justitie Quincy Girigorie reageert in een verklaring waarin hij aangeeft dat van het stelselmatig schenden van mensenrechten geen sprake is.
 
Verklaring minister Quincy Girigorie:
 
,,Curaçao heeft sinds 2012 onderdak gegeven aan nagenoeg 8000 Venezolanen die in aanmerking zijn gekomen voor een verblijfsvergunning. Dat is 5% van de totale bevolking van het eiland. Daarnaast blijkt (vooruitlopend op de resultaten van een lopend onderzoek), dat er zich momenteel ruim 6000 ongedocumenteerde Venezolanen op Curaçao verblijven. Dat is 3.75% van de totale bevolking. In totaal blijkt dat inmiddels ruim 9% van de bevolking het directe gevolg is van de stroom uit Venezuela. Nederland biedt momenteel bijvoorbeeld onderdak aan 250.000 vluchtelingen, die 1.45% van de bevolking vertegenwoordigt. Nederland zou 1.500.000 vluchtelingen moeten aannemen om tot een vergelijkbare situatie als Curaçao te geraken.
 
De maatschappellijke consequenties van deze situatie zijn aanzienlijk. Qua veiligheid is de smokkel van drugs en illegale wapens uit Venezuela de laatste drie jaar enorm toegenomen. Op de boten die ongedocumenteerden het land binnensmokkelen, komen ook tientallen wapens binnen. Mensenhandel en mensensmokkel zijn ook enorm toegenomen. Het fenomeen “Trago Meisjes” heeft zijn ingang gedaan. Een NGO heeft laatst aangegeven dat er zich rond de 2.000 illegale prostituees op Curaçao bevinden, die nagenoeg allemaal uit Venezuela afkomstig zijn. Voor een land met een fragiele arbeidsmarkt (18% werkloosheidpercentage, 10.000 werklozen), is de ongelijke concurrentie van 5.000 ongedocumenteerde goedkope krachten niet te dragen. Dat is 50% van de lokale werkloze bevolking. Het is dan ook niet vreemd dat Curaçao, overigens net als alle andere omringende landen, met man en macht vecht om de gevolgen van deze situatie op te vangen.
 
In relatieve zin (als percentage van het aantal inwoners), wordt Curaçao met slechts 160.000 inwoners veel zwaarder belast dan de grote buurlanden van Venezuela, al is er geen sprake van ophoping aan onze grens, maar een absorptie in de gemeenschap.
 
Aan deze lokale en regionale werkelijkheid en context wordt door het onlangs gepubliceerde rapport van de Amnesty International, ‘Opgesloten en uitgezet: Venezolanen krijgen geen bescherming in Curaçao’, echter bijna geen aandacht geschonken. De Curaçaose regering heeft kennisgenomen van dit rapport van Amnesty International waarin de internationale organisatie stelt dat de overheid van Curaçao gevluchte Venezolanen het internationale recht op bescherming ontzegt. De regering kan zich niet vinden in de conclusies van het Amnesty rapport. De overheid betreurt de perceptie dat er op Curaçao mensenrechten geschonden worden in verband met de migratiecrisis van Venezuela en herkent zich hier niet in. De regering is het er wel mee eens dat op aspecten als de detentievoorzieningen en de communicatie over de beschermingsprocedures er ruimte is voor verbetering. De regering heeft hier inmiddels ook reeds concrete acties op ondernomen.
 
De Curaçaose overheid onderstreept dat – ondanks het feit dat de impact van de toestroom van Venezolanen (met name ongedocumenteerden) op Curaçao enorm is – zij zich wel degelijk houdt aan internationale wetten en afspraken zoals vastgesteld in de verdragen waar Curaçao bij aangesloten is. Curaçao is niet aangesloten bij het Internationale ‘Verdrag betreffende de status van vluchtelingen’ en heeft ook geen wetten met betrekking tot het onderhavige thema geformuleerd. Dit houdt onder meer in, dat Curaçao geen asiel verleent aan politieke vluchtelingen. Als lid van het Europees Verdrag Voor de Rechten Van De Mens (EVRM) houdt Curaçao zich wel aan het principe van ‘non-refoulement’. Dit betekent dat de overheid een persoon niet terug stuurt naar zijn/haar land van herkomst, als de betrokkene gevaar loopt om door de autoriteiten in dat land te worden gemarteld, mishandeld of op een onmenselijke of denigrerende manier te worden gestraft. In een dergelijk geval wordt bescherming geboden aan desbetreffend persoon door hem niet terug te sturen. Om deze reden heeft de overheid in juli 2017 een procedure vastgesteld voor de behandeling van vreemdelingen die Curaçao binnenkomen en zich aanmelden om bescherming te krijgen omdat in hun land van herkomst hun leven gevaar loopt of ze daar mishandeld of gemarteld zullen worden. Vreemdelingen die naar Curaçao reizen en die een verzoek om bescherming willen indienen moeten deze procedure doorlopen om in aanmerking te kunnen komen voor bescherming in het kader van artikel 3 EVRM.
 
De Curaçaose overheid erkent aan de hand van de aanbevelingen van Amnesty International een aantal aandachtspunten waar in de aanpak van de migratie situatie er gericht en met meer daadkracht gewerkt moet worden. Het betreft de detentievoorzieningen en de communicatie over de beschermingsprocedures.
 
De vreemdelingendetentie is op dit moment een punt van zorg. Curaçao neemt de rechten van ongedocumenteerden die in detentie verblijven in acht. Ongedocumenteerden in detentie worden anders behandeld dan personen die op basis van de strafwetgeving gedetineerd zijn. Desalniettemin is er zeker ruimte voor verbetering van de faciliteiten waarin de vreemdelingen tot op heden worden opgesloten, zeker nu de stroom van ongedocumenteerden sinds 2015 jaarlijks verdubbelt, een ontwikkeling die door de lokale voorzieningen niet kan worden opgevangen. Naar aanleiding hiervan worden er nu al door de Curaçaose overheid verschillende trajecten bewandeld om dit te verbeteren. Er worden doorlopend acties ondernomen om de kwaliteit van politiecellen en de SDKK te verbeteren (ook de barakken van vreemdelingen in detentie). Het SDKK wordt regelmatig door lokale en internationale organisaties bezocht die Justitie adviseren hoe het functioneren kan worden verbeterd. De overheid probeert om, de financiële beperkingen in acht nemende, de uitgebrachte adviezen uit te voeren. In dit kader is onlangs met Nederland overeengekomen dat Curaçao zijdens Nederland financiële hulp voor de verbetering c.q uitbreiding van de detentieruimtes voor ongedocumenteerden zal ontvangen. Het is de bedoeling dat er spoedig een centrum wordt gebouwd/verbouwd om de ongedocumenteerden die in detentie zijn, meer comfort te bieden. Dit centrum zou dan zelfs de mogelijkheid bieden om samen met andere familieleden te verblijven. Het een en ander hieromtrent dient nog geformaliseerd te worden. De Minister van Justitie heeft het Korps Politie Curaçao geïnstrueerd om de politiecellen gelegen te Rio Canario permanent buiten gebruik te stellen.
 
Verder geeft de overheid reeds eerder aangegeven waarom het nodig is om ongedocumenteerde personen in detentie te houden en om deze uiteindelijk uit te zetten. Dit alles met inachtneming van de internationale mensenrechten. Zich houden aan de mensenrechten houdt onder andere in, het ervoor zorgen dat de ongedocumenteerde persoon niet voor onbepaalde tijd in detentie wordt gehouden. In het jaar 2017 verbleven vrouwelijke ongedocumenteerden vóór hun uitzetting maximaal 3 dagen in detentie. Voor mannen gold maximaal 7 dagen. Volgens jurisprudentie kan een ongedocumenteerde niet langer dan 70 dagen in detentie blijven. Curaçao heeft deze regel niet overschreden. In januari tot mei 2018 deed zich de situatie voor dat de grenzen met Venezuela eenzijdig werden gesloten. Als gevolg hiervan was het aanzienlijk moeilijker om ongedocumenteerde Venezolanen naar hun land van herkomst terug te brengen. Als gevolg hiervan liep de verblijfstijd van ongedocumenteerde Venezolanen op tot ongeveer 30 dagen per persoon. Inmiddels is deze situatie weer genormaliseerd en worden ongedocumenteerden weer in 3-7 dagen gerepatrieerd.
 
Op gebied van communicatie over dit onderwerp is er zowel volgens de overheid als volgens het rapport van Amnesty International ruimte voor verbetering. Medewerkers van de organisaties in de justitiële keten en andere overheidsorganisaties die betrokken zijn bij de EVRM 3 procedure zijn niet genoeg geïnformeerd over onder andere de verschillen tussen asiel en bescherming op basis van EVRM 3. Naar aanleiding hiervan zijn er inmiddels verschillende trajecten gestart voor interne communicatie en training, die het justitieel personeel in staat stelt hier beter mee om te gaan.
 
Voor wat betreft de communicatie naar Venezolanen toe die overwegen een verzoek om bescherming te doen, zijn er ook communicatie trajecten opgestart. Op dit moment voeren het Ministerie van Justitie en het Ministerie van Algemene Zaken verschillende trajecten uit om te communiceren over het proces dat een persoon moet doorlopen om zich om bescherming aan te melden. De persoon die zich voor bescherming wil aanmelden kan via de website van de overheid informatie krijgen over de complete procedure. De overheid heeft in juni 2018 een openbare bijeenkomst georganiseerd om het publiek over dit onderwerp te informeren. Er worden door de overheid ook andere communicatietrajecten opgestart opdat alle personen in de justitiële keten en zij die zich om bescherming willen aanmelden voldoende geïnformeerd worden.
 
De overheid betreurt de perceptie dat er op Curaçao mensenrechten geschonden worden. Curaçao is solidair met de burgers van Venezuela en tracht zoveel mogelijk binnen de wettelijke en financiële kaders hun rechten te respecteren. Echter, de maatschappelijke gevolgen van de toestroom van ongedocumenteerden uit ons buurland, met name op het gebied veiligheid, arbeid, gezondheidszorg en onderwijs, zijn enorm door de kleinschaligheid van ons eiland en de sociaal economische realiteit. Curaçao probeert met man en macht op een deugdelijke manier hiermee om te gaan, rekening houdende met de rechten van de betrokkenen en de lokale en internationale wetten en regels die ons land binden. Maar ondanks alle inspanningen van Curaçao is een meer duurzame en realistische oplossing voor migratie van de internationale wereld nodig. De regering van Curaçao blijft dan ook open voor samenwerking met internationale organisaties die werkelijk een bijdrage wensen te leveren aan de oplossingen voor deze situatie.”

Lawyer Roeland Zwanikken considers legal action against ABN AMRO Bank

THE HAGUE--Attorney-at-law Roeland Zwanikken at St. Maarten’s BZSE law office is considering legal action against the intention of the Dutch ABN AMRO Bank to close the bank accounts of its clients in the Dutch Caribbean.

Fiscaal onderzoek bij notariskantoren vinden doorgang

In het Antilliaans Dagblad: Fiscaal onderzoek bij notariskantoren
WILLEMSTAD – De fiscale onderzoeken bij de notarissen vonden en vinden, ondanks de beperkingen van Covid-19, weer doorgang en de medewerking aan de kant van notarissen en adviseurs is daarbij ‘over het algemeen goed’.

Juridische miljoenenstrijd tussen BNP Paribas en Italiaanse prinses verhardt

  • Bezit van Italiaanse Crociani-familie op Curaçao mag van rechter worden verkocht
  • De Crociani's ruziën al jaren met BNP Paribas over een claim van $100 mln
  • Curaçaos trustkantoor United Trust heeft 'geen enkele relatie meer' met Camilla Crociani
Een Italiaanse prinses met zakelijke belangen in Nederland heeft het onderspit gedolven bij diverse rechtbanken in een langslepend conflict met zakenbank BNP Paribas.